De orgels van de H. Nicolaaskerk

De H. Nicolaaskerk beschikt over drie bijzondere historische orgels:

Het Garrels-orgel werd tussen 1739 en 1742 door Rudolph Garrels gebouwd voor de kerk die toen op de plek stond waar nu de H. Nicolaaskerk staat. Het orgel werd gebouwd in opdracht van de Burgemeester van Purmerend, vandaar dat het wapen van Purmerend boven op het orgel staat.

Bij de bouw heeft Rudolph Garrels gebruik gemaakt van pijpen en andere onderdelen van orgels die eerder in de kerk gestaan hebben. De oudste pijpen van het orgel stammen uit het jaar 1550.

Een aantal elementen maken het Garrels-orgel tot een uniek instrument:

– Rudolph Garrels heeft maar twee grote orgels gebouwd, in Maassluis en Purmerend.

– Wegens gebrek aan hoogte in het voormalig kerkgebouw paste Rudolph Garrels het principe van het “Hamburger prospect” toe, wat zich onder andere kenmerkt door de dominante lange pijpen aan de weerszijden en de pedaaltorens. Het Hamburger prospect heeft in Nederland nauwelijks navolging gehad.

– De meeste pijpen hebben een hoog lood gehalte, deze samenstelling van het materiaal van de pijpen is bijzonder. Het Garrels-orgel heeft ongeveer 2750 pijpen.

In 1854 werd het Garrels-orgel overgeplaatst naar de huidige kerk. Toen het kerkgebouw werd omgevormd tot cultureel centrum is het orgel uit de kerk verwijderd, waarna het 27 jaar in opslag heeft gestaan. Van 2001 tot 2003 is het orgel gerestaureerd en teruggeplaatst in de H. Nicolaaskerk.

Het Witte-orgel is vernoemd naar z’n bouwer, Christian Gottlieb Friederich Witte en werd in 1864 gebouwd voor de Doopsgezinde kerk in de Kanaalstraat in Purmerend.

Toen in 1988 de Doopsgezinde kerk dicht ging, schonken zij het Witte-orgel aan de Katholieke Parochie, die ongeveer op datzelfde moment hun intrek namen in de H. Nicolaaskerk. Het orgel werd in de kerk geplaatst en is na restauratie in 2000 in gebruik genomen.

De klank van het orgel is verfijnd 19e eeuws en daardoor zeer geschikt om een koor te begeleiden. Het Witte-orgel heeft ongeveer 700 pijpen.

Het lijkt er op of het Witte-orgel voor de H. Nicolaaskerk ontworpen is. De drie bogen aan de voorkant van het orgel zijn ook in de kerkramen terug vinden. Dit wordt de rondbogen-stijl genoemd. Ook de decoraties onder de pijpen zijn in de kerk terug te zien.

De kleinste van de drie orgels in de H. Nicolaaskerk is het Bätz-orgel.

Het Bätz-orgel is in 1777 gebouwd door Gideon Bätz en was oorspronkelijk bedoeld als huisorgel voor J.H. Tissel uit Amsterdam. Na een aantal jaren particulier bezit te zijn geweest, heeft het orgel op verschillende plekken in Nederland gestaan. Onder andere in kerken in Beverwijk, Medemblik en Heemstede.

In 1964 werd het orgel voor het eerst in deze (toen nog Hervormde) kerk geplaatst, op de plek waar nu de Maria Kapel is. Na het sluiten van de kerk in 1971 werd het instrument verplaatst naar de Gereformeerde Singelkerk, vervolgens verhuisde het twee jaar later naar de trouwzaal van het voormalig stadhuis aan de Kaasmarkt. In de periode dat het orgel daar stond werd het nauwelijks nog bespeeld. Sinds 2003, gelijktijdig met de ingebruikname van het Garrelsorgel, is het Bätz-orgel weer terug in deze kerk.

Het Bätz-orgel kenmerkt zich door een fraaie intieme klank, en heeft ongeveer 335 pijpen.

Tijdens de zondagochtendviering wordt er op alle drie de orgels gespeeld. Ook worden er regelmatig concerten gegeven.

Voor meer informatie over de orgels en concerten:

http://www.garrelsorgelpurmerend.nl

http://www.wimstroman.nl